Zes Twentse gemeenten en de Veiligheidsregio Twente, informeren omwonenden over de risico’s van het spoorvervoer van gevaarlijke stoffen met de campagne ‘Maar wat als?’.
Deze handreiking richt zich primair op schrijvers van ruimtelijke plannen en biedt hulp bij het maken van herleidbare en transparante ruimtelijke afwegingen over de doorwerking van aandachtsgebieden in het omgevingsplan.
Deze module heeft betrekking op reserveringen voor nieuwe buisleidingstroken (reserveringsstroken – voormalige ‘SVB-stroken’, Structuur Visie Buisleiding-stroken).
Het is belangrijk om mensen in (verblijfs)gebouwen te beschermen tegen de gevolgen van explosies met gevaarlijke stoffen. Als voldoende afstand houden niet mogelijk is, kan bijvoorbeeld een barrière zoals een muur van beton of aarde helpen
Het RIVM onderzocht welke effecten een explosie van waterstof kan hebben op de omgeving. Deze effecten zijn berekend voor verschillende hoeveelheden waterstof en met een internationaal gehanteerd model dat ook in Nederland gangbaar is.
In dit rapport wordt een indicatie gegeven van de uitwerking van maatregelen die de gevolgen van een incident met gevaarlijke stoffen op het spoor beperken. Hierbij werd specifiek gekeken naar het District-E plangebied in Eindhoven.
In de gemeente Waddinxveen is een omgevinsvergunning ingediend voor het vestigen van een peuterspeelzaal en BSO nabij een hogedruk aardgastransportleiding. In deze memo wordt de ruimtelijke motivatie t.a.v. van het aspect externe veiligheid behandeld.
De gemeente Bodegraven-Reeuwijk en SPCO Groene Hart willen weten hoe er voldoende bescherming geboden kan worden aan de gebruikers van de nieuwe basisschool met kinderopvang.